patagonische hazen en andere exotische dieren
Blijf op de hoogte en volg evelyne
13 November 2012 | Argentinië, Buenos Aires
We zijn net terug uit Patagonië en het was fantastisch ! Ik kan me niet herinneren dat ik ooit zoveel dieren in hun eigen omgeving vrij rond heb zien zwemmen en lopen... Na 20 uur in de bus met foute films en een vegetarische maaltijd bestaande uit 3 blaadjes sla en drie radijsjes (ze hebben een poging gedaan !) werd het landschap steeds kaler en droger, totdat er enkel nog zand, struiken en afgelegen boerderijen overbleven. Patagonië ! Ik kende het enkel van de gelijknamige hazen, de fantastische bergen, meren en gletschers in het westen en van de barre winters in het zuiden waar houthakkers en vissers maar ternauwernood de volgende lente halen...
En nu is het lente en waren we aan de oostkust beland in Puerto Madryn, vroeger een klein door immigranten uit Whales gesticht havenstadje dat leefde van zoutwinning, nu een wat grotere stad van 58.000 inwoners met één van de grootste aluminiumfabrieken uit Argentinië. Binnen de stad zijn de grotere straten geasfalteerd, maar zodra je de gebaande paden verlaat, kom je op grindwegen terecht waar je zelfs met een mountainbike maar moeilijk op vooruit komt.
De eerste dag zijn we meteen met een paar anderen en een gids naar het schiereiland van Valdés gegaan, een groot natuurpark waarvan alle grond eigendom is van afgelegen estancia's. Hier ligt het afgesloten 'isla de los pajaros' (eiland van de vogels), waarvan beweerd wordt dat de vorm Antoine de Saint-Exupéry heeft geïnspireerd tot de tekening van de slang die een olifant heeft ingeslikt of een hoed, afhankelijk van hoe je het bekijkt (zie foto bij dit verslag). Op het schiereiland lopen tussen de vele schapen ook mara's (patagonische hazen, eigenlijk knaagdieren), choiques (kleine struisvogels), guanacos (lamasoort) en vogels, vossen, gordeldieren en wilde katten. Die laatste twee hebben we helaas niet gezien, omdat ze steeds schaarser en moeilijker te vinden zijn. Na vele kilometers door de stoffige vlakten en uitkijkpunten over een strand met zeeolifanten en pinguïns (die nu voornamelijk aan het broeden waren), kwamen we uit bij Puerto Pirámides. Hier vertrekken de boten naar de walvissen.
In juli en augustus schijnen er honderden walvissen in deze wateren samen te komen om te paren en kun je ze zelfs vanuit Puerto Madryn zien, waar ze tot vlak bij het strand komen, maar nu, aan het eind van het seizoen, zijn de vrouwtjes hier met hun jongeren en trekken ze eind december, na de voedperiode, naar het Zuiden. We gaan met een zodiacbootje (ca. 15 meter) en 35 man een stuk de baai in en al snel horen we gesnuif. Water springt omhoog en we zien een staartpunt verdwijnen in de verte. Iedereen staat muisstil klaar met zijn camera, want elk geluid kan ze afschrikken. Opperste spanning... en ineens, onverwachts, duikt er vlak achter de boot een walvis op en snuift hard om adem te halen ! Waaah ! Een oude bekende, moeder en jong, die erg sociaal is en bekend staat om haar nieuwsgierigheid. Beide cirkelen om de boot heen en de moeder blijft een paar minuten met haar snuit boven het water uit om ons te bekijken. Op een gegeven moment komt ze zó dichtbij, dat ik haar zou kunnen aaien, maar hun huid schijnt zo gevoelig te zijn, dat het voelt alsof iemand je in je oog prikt. Wat fantastisch dat ze geen greintje angst hebben, zo vol vertrouwen in de mens ! De jonge walvis zwemt om zijn moeder en de boot heen, die even lang zijn, en laat af en toe zijn glanzende rugje zien. De witte korsten die ze op hun lijf hebben zijn eeltplekken met bepaalde patronen, waaraan onderzoekers de walvissen kunnen herkennen en van elkaar kunnen onderscheiden. De laatste 40 jaar hebben ze meer dan 2800 verschillende individuen geregistreerd in Puerto Madryn.
De volgende dagen hebben we een grote wandeling langs de kust gemaakt, waar we een dode walvis vonden op het strand. Hij had er al maanden gelegen. Elk jaar spoelen hier tientallen dieren aan, vermoedelijk verwond door grote boten, verstrikt in netten of door gebrek aan voeding en de daarop volgende uitputting. Een paar scheepwrakken en verderop ook nog een dode zeeolifant. Wat een macabere bedoeling ! Omdat het eb was, konden we heel ver door blijven lopen en uiteindelijk maté drinken met uitzicht op (gelukkig) levende walvissen, in de verte... We waren zo ver afgedwaald dat we erg blij waren met een lift terug vanuit Playa Paraná.
De derde dag hebben we 2 musea bezocht, van de mens en de zee en het oceanografisch instituut, met uitgebreide informatie over de oorspronkelijk hier wonende tehuelche-indianen (allemaal uitgemoord door generaal Roca halverwege de 19e eeuw), het zeeleven uit de streek en opgezette zoogdieren. Hoewel de wind hier flink rondraast, is de temperatuur vrij stabiel en altijd rond de 20 graden.
De vierde dag hebben we wind en stof getrotseerd met mountainbikes om 18 km verderop bij Punta Loma naar de zeeleeuwenkolonie ta gaan kijken. Buiten de stad is echt helemaal niets ! Je moet wel een bikkel zijn om zo afgelegen te wonen en dieren te houden in deze ruige, barre contreien. Zelfs de schapen hebben hier geleerd om zout water te drinken. De zeeleeuwmannetjes maken met luid geboer en geknor aan elkaar duidelijk dat ze niet in de buurt van hun respectievelijke harems moeten komen. In deze periode wordt door elk mannetje (te herkennen aan 'manen' van haar) een tiental vrouwtjes gekozen, waarmee hij zich voortplant. Een mooi schouwspel. Bovenaan de rotsen broeden aalscholvers.
Met Filip, een Belg die we in de jeugdherberg hebben leren kennen, waar om de avond een grote grillmaaltijd wordt bereid, huren we een auto om de 'toninas overas' te bekijken (zwartwitte dolfijntjes). Deze zijn zo ontzettend snel, dat je ze maar amper vast kunt leggen. Ook zij komen dichtbij en zijn dol op de golven die kleine boten veroorzaken, omdat ze hierop mee kunnen glijden. Vrolijk springen ze op en glippen ze onder de boot door. We rijden verder naar Gaiman, het eerste 'Welshe' dorp, waar fameuze taart en thee wordt geserveerd, maar rond het middaguur is het hier uitgestorven. Ook het recyclepark El Desafío (de uitdaging), gemaakt door een oude man die hier sinds 1980 afval om heeft gezet in een uit de hand gegroeid pretpark voor zijn kleinkinderen, is niet meer. Nadat hij stierf heeft de nieuwe eigenaar alles met de grond gelijk gemaakt. Een aantal droevige sporen van plastic bloemen en een met blikjes bedekte 2CV doen vermoeden dat het een aangename, speelse plek was. Na een paar uur door de vlakte van Trelew te hebben gereden, langs schrijnende kilometers plastic en afval wat door de wind alleen maar verder verwaaid wordt buiten de dorpen, komen we aan bij Punta Nimfas. Hier dachten de eerste zeevaarders nimfen of zeemeerminnen te hebben waargenomen, maar het betrof zeeleeuwen ! Ze vonden ze al lelijker dan verwacht, want ze hoopten natuurlijk betoverende vrouwelijke schepsels aan te treffen... hier zou je naar het strand moeten kunnen om de zeeolifanten van dichterbij te kunnen bekijken, maar hoewel we 2 mensen daar rond zien lopen, zijn alle rotsen even steil en besluiten we na verschillende pogingen terug te gaan naar de jeugdherberg.
De laatste dag houden we rust en trapt Cristian een balletje met de plaatselijke strandvoetballers, voordat we weer in de bus stappen terug naar de stad.
Hier ben ik begonnen aan mijn eerste zanglessen en morgen een uitgebreide workshop van Patricia Barone over het zoeken van een eigen repertoire en verschillende interpretatievormen van de tangozang.
Veel liefs,
evelyne
-
13 November 2012 - 18:34
Nancy:
ha Evelyne! Leuk hoor om je verslag te lezen, ik reisde een beetje mee daardoor. En fraaie foto's, wat een merkwaardige mara's! Bedankt! xx
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley